Heart of darkness (Hart der duisternis) van Joseph Conrad is lekker dun. Voor veel scholieren is dat een reden om de novelle op hun literatuurlijst op te nemen. En dat is een uitstekende keus, want Heart of darkness is het bewijs dat goede literatuur ook meer dan honderd jaar later nog fascineert. En dat een boek niet vuistdik hoeft te zijn om er niet over uitgepraat te raken.
De gruwelijk onverschillige natuur
Heart of darkness begint rond 1900 op de boot Nellie in de Thames. Daar luistert de verteller samen met drie andere passagiers naar een verhaal van Charlie Marlow over zijn tocht over de Kongorivier. Hij maakte deze tocht in dienst van een Belgische firma aangeduid met de naam Company. Dit bedrijf bracht uit de binnenlanden van Congo (in de tijd van het verhaal nog een soort privékolonie van de Belgische koning) ivoor naar Europa.
Het avontuur
Door als kapitein voor de Company te werken, krijgt Marlow de kans gebieden in Afrika te bezoeken die tijdens zijn jeugd nog een witte vlek op de kaart vormden. Hij zoekt het avontuur en krijgt dat ook. Direct bij de eerste buitenpost in Afrika vallen de inefficiënte en de wreedheden van de handel op. Marlow ziet er kapotte en verroeste rails, wagons, machineonderdelen en bouwmaterialen liggen. En hij ziet inlanders die broodmager en geketend voor de Europeanen moeten werken of een langzame pijnlijke dood sterven zonder dat iemand een vinger naar ze uitsteekt.
De Accountant
Op de buitenpost ontmoet Marlow een Accountant van de Company. Deze man, piekfijn gekleed als wapen tegen de chaos om hem heen, raakt behoorlijk geïrriteerd als er een ernstig zieke man in zijn werkkamer wordt gelegd. De Accountant is bang dat hij door het gekreun boekhoudfouten maakt. Om dezelfde reden haat hij de herrie die de inlanders maken. Van de Accountant hoort Marlow de eerste verhalen over de mysterieuze Kurtz, een handelaar die meer ivoor levert dan alle andere handelaren samen.
De tussenpost
Van de buitenpost vertrekt Marlow naar een tussenpost. Het is een reis van 200 mijlen door het hoge gras van de savanne. Op de tussenpost ligt de boot waarmee Marlow over de Kongorivier mag varen. Helaas wel op de bodem van die rivier. Marlow moet maanden wachten op de klinknagels die hij nodig heeft om de boot te repareren, terwijl hij weet dat ze er op de buitenpost bijna over struikelen. Op deze tussenpost ontmoet Marlow de Manager. Van hem hoort Marlow dat hij Kurtz moet ophalen omdat die ziek zou zijn.
Het onzichtbare gevaar
Nadat de boot is gemaakt, vaart Marlow de Kongorivier op. De Manager, enkele pelgrims en een aantal inlanders (aangeduid als ‘cannibals’) varen als bemanning mee. Hoe dieper ze de jungle invaren en hoe dichter ze bij Kurtz komen, hoe angstaanjagender het wordt. De meeste tijd is het stil, maar ’s nachts klinkt er onheilspellend getrommel achter het gordijn dat de bomen vormen. Op een ander moment worden ze omringd door dichte mist, waaruit wilde kreten klinken. Nog dichter bij Kurtz worden ze bestookt met speren en pijlen.
“Going up that river was like travelling back to the earliest beginnings of the world, when vegetation rioted on the earth and the big trees were kings. <…>
you lost your way on that river as you would in a desert, and butted all day long against shoals, trying to find the channel, till you thought yourself bewitched and cut off for ever from everything you had known once – somewhere – far away – in another existence perhaps. <…>
And this stillness of life did not in the least resemble a peace. It was the stillness of an implacable force brooding over an inscrutable intention. It looked at you with a vengeful aspect.”
Het opperwezen Kurtz
Gedurende de reis hoort Marlow de meest fantastische verhalen over Kurtz. Deze man ontmoeten wordt zijn persoonlijke missie. Eenmaal op de binnenpost van Kurtz aangekomen, spreekt hij eerst nog een Russische handelaar, wiens pak met zoveel gekleurde lappen stof is opgelapt dat hij op een Harlekijn lijkt. Voor deze Harlekijn is Kurtz een soort opperwezen, waarmee je niet praat, maar naar wie je luistert. Herhaaldelijk vertelt hij Marlow dat Kurtz zijn geest heeft verruimd. Hij vertelt ook dat de lokale bevolking de boot van Marlow heeft aangevallen omdat ze niet willen dat Kurtz van hen wordt afgenomen.
De ontmoeting
De ontmoeting met Kurtz is voor Marlow een afschrikwekkende en religieuze ervaring ineen. Hij ziet dat de hut van Kurtz geen hek heeft, maar is omringd door palen waarop hoofden zijn gespietst. Kurtz zelf wordt op een stretcher rondgedragen, omdat hij te zwak is om te lopen. Zijn stem is echter sterk. Net als zijn wilskracht en de vurige blik in zijn ogen.
De terugtocht
Kurtz wil niet mee terug. ´s Nachts probeert hij op handen en voeten te ontsnappen. Als Marlow hem betrapt, vertelt Kurtz hem dat hij nog grote plannen heeft. De volgende dag komen de vele volgelingen naar de oever om te voorkomen dat de boot met Kurtz vertrekt. Marlow laat de scheepshoorn fluiten om ze af te schrikken, maar dat helpt maar gedeeltelijk. Uiteindelijk openen de mannen aan boord het vuur. Onderweg gaat de boot weer stuk. Tijdens deze onderbreking geeft Kurtz aan Marlow een pakketje brieven. Vlak daarna sterft hij. Zijn laatste woorden:
“The horror! The horror!”
Maatschappijkritiek
Waar denkt Kurtz aan als hij deze zin uitspreekt? Misschien wel aan de manier waarop Europese bedrijven Afrika leegroven. De Company schetst voor het thuisfront het beeld dat ze niet alleen handeldrijven, maar ook licht, orde en beschaving brengen naar ‘het donkere continent’. Marlow heeft een andere ervaring. En ook Joseph Conrad zag tijdens een eigen tocht in Afrika dat de werkelijkheid in schril contrast stond met de verhalen die de handelsbedrijven thuis in Europa over hun missies vertelden. Opvallend is echter dat Kurtz deze woorden uitspreekt. Hij is de succesvolste handelaar van allemaal. Hij is ook degene die ieder onderscheid tussen goed en kwaad heeft laten varen en desondanks (of juist daardoor) door de lokale bevolking op handen wordt gedragen.
De jungle
“The horror! The horror!” lijkt meer te slaan op de invloed die de jungle heeft op degene die erin doordringt. Het overgrote deel van Heart of Darkness gaat over de reis steeds dieper de jungle in. De ontmoeting met Kurtz en de terugreis nemen relatief maar een klein deel van de novelle in beslag. In de manier waarop Marlow het verhaal vertelt wordt duidelijk dat in de jungle steeds meer beschaving wegvalt en instinctieve impulsen steeds dichter aan de oppervlakte komen. Een voorbeeld is de geschiedenis van zijn voorganger Fresleven, de aardigste man op aarde, die ruzie maakt over twee kippen en wordt vermoord. Marlow ziet zijn restanten liggen op een oever, overwoekerd door gras. Een symbolisch teken dat de jungle de mens de baas is.
God in het diepst van mijn jungle
Kurtz heeft zich helemaal overgegeven aan de jungle en de totale vrijheid die hij, met zijn macht zonder sociale correctie, heeft:
“<…> it had taken him, loved him, embraced him, got into his veins, consumed his flesh, and sealed his soul to his own by the inconceivable ceremonies of some devilish initiation.”
Voor de mensen om hem heen is hij daarmee een soort opperwezen geworden. De Harlekijn vindt bijvoorbeeld dat Kurtz een status heeft bereikt dat gewone mensen niet meer over hem kunnen oordelen. Maar de prijs die Kurtz daarvoor betaalt is hoog. Want overgeleverd aan de totale vrijheid is ook het onderscheid tussen goed en slecht verdwenen:
“But his soul was mad. Being alone in the wilderness, it had looked within itself, and, by heavens! I tell you, it had gone mad. <…>
I saw the inconceivable mystery of a soul that knew no restraint, no faith, and no fear, yet struggling blindly with itself.”
De totale leegte gaapt Kurtz aan. Hij kan alles wat hij wil ongestraft doen, maar elk handelen is zonder betekenis geworden. De jungle woekert voort en verder niets. Dat is de werkelijke horror. Kurtz gaat eraan onderdoor en raakt geestelijke en lichamelijk totaal uitgeput.
De leugen
Een jaar nadat hij weer in Europa is, bezoekt Marlow de verloofde van Kurtz om haar zijn brieven te overhandigen. Ze is nog altijd in de rouw en beweert dat niemand Kurtz zo goed kende als zij. Als ze wil weten wat zijn laatste woorden waren, liegt Marlow. Hij vertelt dat Kurtz haar naam uitsprak voordat hij stierf. Dankzij deze leugen blijft haar beeld van Kurtz in stand. Is dat hypocriet van Marlow? Ja, maar je kunt ook zeggen dat Marlow de werkelijkheid bedekt met een leugen, omdat de waarheid niet begrepen zou worden. En meer in het algemeen: ons wereldbeeld (of beschaving) is misschien niet meer dan een fantasie waarmee we onze instinctieve impulsen bedekken, deze fantasie is wel onze enige redding tegen de totale onverschilligheid van de natuur.
Pascal Klaassen
juni 2016
Zie ook:
Mijn versie van Heart of Darkness:
- Joseph Conrad, Heart of Darkness, Penguin Popular Classics, Londen, 1994.
Verder heb ik me laten inspireren door:
- Rüdiger Safranski, Het Kwaad (Das Böse oder Das Drama der Freiheit), vertaling: Mark Wildschut, Olympus, 2007;
- Dan Moran, Conrad’s Heart of Darkness and The Secret Sharer, Cliffsnotes, New York, 2000.
Meer lezen voor je Engelse lijst
Bekijk ook deze samenvattingen van boeken voor je Engelse lijst:
- Aldous Huxley – Brave new world samenvatting
- George Orwell 1984 samenvatting
- Kurt Vonnegut Slaughterhouse five – Slachthuis 5
Mooie uiteenzetting! Ik vind dat Conrad een passend einde heeft bedacht; het feit dat Marlow zelfs tot op het allerlaatste moment moet liegen zegt veel over het verhaal zelf. Uiteindelijk blijkt dat niets zwart-wit is en de waarheid voor velen verdoken is. Zelfs Kurtz’ weduwe blijkt minder te weten over haar man dan men zou verwachten.
Dank je voor je reactie. Heart of darknesss blijft een fascinerend boek. Relatief dun, maar boordevol thematiek.