Het is een beproefd recept. Een roman vol herinneringen, geschreven vanuit het beperkte, maar tegelijkertijd fantasierijke perspectief van een kind. Altijd leuk. Zelden verrassend. Dit geldt ook voor Havik van Marco Kamphuis.
Kinderen in de hoofdrol
Boeken met kinderen in de hoofdrol werken bijna altijd vertederend en vervreemdend. Voor kinderen is de wereld een wonderlijke plaats. Er is zoveel te ontdekken, met leuke en vervelende verrassingen. Kindergedachten zijn op hun beurt dan weer erg wonderlijk voor volwassenen. Ze hebben hun eigen verrassende logica, vaak gebaseerd op een onvolledige kennis van zaken. Kennis die we als volwassen lezer, zelfs al zijn we buitenstaander, wel hebben. Het is dit procedé waarop Marco Kamphuis in Havik meelift.
Buitenwereld verdringt geborgenheid
De hoofdpersoon in Havik is 12 jaar oud. Hij leeft op de rand van de puberteit. Het moment dat de snel groter wordende buitenwereld de geborgenheid van het gezinsleven snel gaat verdringen. Zeker omdat zijn ouders misschien gaan scheiden en zijn eigen vertrouwde wereld daarmee definitief lijkt in te storten. Reden voor zorg dus voor de naamloze hoofdpersoon in Havik. Gelukkig vindt hij wat afleiding in vogels en meisjes. Maar erg veel gebeurt er niet. En de hoofdpersoon zelf is niet krachtig of interessant genoeg om het boek te dragen.
Herinnert u zich deze nog?
Havik speelt in de jaren ´70, al rommelt Kamphuis wat met de tijd door van de tweede Paasdag een meubelboulevarddag te maken. Die traditie ontstaat wat later dacht ik. Maar er zijn genoeg rolschaatsen, platenspelers en andere attributen om een reisje terug in de tijd te maken. Extra leuk voor wie ook in die tijd jong was. Het brengt ongetwijfeld eigen herinneringen naar boven. Een mooie bijkomstigheid van verder een oer- en oersaai boek. Mijn advies: besteed je tijd nuttig. Lees een echte klassieker in het genre kinderogen-kijken-naar-de-grote-mensenwereld. Bijvoorbeeld Kees de jongen van Theo Thijssen, Woutertje Pieterse van Multatuli of anders Zaansch Veem van Freek de Jonge.